• boor·mos·sel
enkelvoud meervoud
naamwoord boormossel boormosselen
boormossels
verkleinwoord boormosseltje boormosseltjes

de boormosselv / m

  1. (tweekleppigen) Barnea sp.   en Petricola sp.  , een schelpdier dat zich in hout, veen of zachte steensoorten ingraaft
    • Losse kleppen van de boormossel spoelen vrij algemeen aan langs de hele kust.