bijpassend
- Geluid: bijpassend (hulp, bestand)
- bij·pas·send
- samenstelling van bij en passend
stellend | |
---|---|
onverbogen | bijpassend |
verbogen | bijpassende |
partitief | bijpassends |
bijpassend
- goed staan bij elkaar
- Ze vond net voor sluitingstijd een bijpassende broek bij het groene jasje.
- ▸ Hierna produceerde hij een bijpassende glimlach in de richting van de vragensteller.[1]
1. goed staan bij elkaar
vervoeging van: | bijpassen |
verbogen vorm: | bijpassende |
bijpassend
- Het woord bijpassend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bijpassend" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ “All-inclusive” (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht , ISBN 90-229-9182-2
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be