Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: bezwetebezweette, bezweetten


  • be·zwe·ten
  • [3] vervoeging van bezweten: de stam met de uitgang -en, zonder ge- vanwege voorvoegsel (is gelijk aan de onbepaalde wijs) *
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
bezweten
bezweette
bezweet
bezweten*
zwak -t volledig

bezweten

  1. overgankelijk door transpiratie natmaken
    • (…) de fabrikant belooft je shirts te geven die niet vies kunnen worden en die je ook niet kunt bezweten. [2]
  2. overgankelijk (verouderd) met veel inspanning iets doen, bereiken of verwerven
    • Maer slaet eens uwe oogen op de hemelsche goederen, en gy zult bevinden dat alle die tydelyke zaeken niet met allen zyn , en dat ze met groote onzekerheid, met swaeren last, en vervolgens met geduerige vreeze en moeyelyke zorgvuldigheid bezweten worden. [3]
  3. voltooid deelwoord van bezweten*
    • Als men zich realiseert dat hierbij een snelheid wordt gereden van ongeveer 75 km/u en dat de bochten zo dicht op elkaar liggen dat in het geval dat men een bocht onder een ongunstige hoek uitkomt men automatisch de volgende verkeerd ingaat, kunt U zich misschien indenken dan na de finish de rijders kletsnat bezweten zijn van de inspanningen. [4]

zich bezweten

  1. wederkerend een grote inspanning verrichten
    • John heeft voor het eerst zijn fiets uitgehaald, en terwijl wij douchen gaat hij zich bezweten. [5]
  • In de standaardtaal is bezweten een volledig zwak werkwoord en is het voltooid deelwoord dus bezweet. Soms wordt voor een stilistisch effect (ritme, nadruk of archaïserend effect) toch de vorm bezweten /bəˈzwetə(n)/ ook als voltooid deelwoord gebruikt, net zoals naast gezweet ook gezweten wel eens voorkomt. Zulk gebruik van alternatieve sterke vormen doet zich ook bij enkele andere van oudsher geheel zwakke werkwoorden voor.[6]

bezweten

  1. verouderde spelling of vorm van bezwete tot 1946/47
    • Jaja, 't ware vaderland vind je pas aan de andere kant van de vijver, en van dat vaderland in den vreemde over de vijver is Rio de hoofdstad, de parel aan de kroon, hoezee, daar ga je; bliksem, kapitein, geef me de vijf, de witte snorren bibberen van ontroering als Paps een hartstochtelijk bezweten Sjemonow aan den volke toont, met zijn hand op de ruige schouder, als een manager met zijn bokskampioen, daar ga je, hoezee, leve de sleepvaart, weg met de sosialen, oranje boven, daar ga je; muziek! [7]
  • De verbogen vorm van  bezweet bn  is sinds 1947 in de standaardtaal  bezwete bn  zonder -n; vóór de spellingswijziging in dat jaar was in sommige gevallen de naamvalsvorm met -n mogelijk. In spraakkunsten uit de 19e eeuw werd deze vorm gebruikt voor de genitief bij m en o in het enkelvoud, de datief bij m (soms ook o) in het enkelvoud en bij m en v in het meervoud en de accusatief bij m in het enkelvoud.
93 % van de Nederlanders;
94 % van de Vlamingen.[8]