belegger
- be·leg·ger
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | belegger | beleggers |
verkleinwoord | (beleggertje) | (beleggertjes) |
de belegger m
- (economie) iemand die geld belegt, geld vastlegt in effecten of goederen, in de verwachting hier later winst mee te maken
- Het grootste deel van de aandelen van het bedrijf is in handen van institutionele beleggers.
- Het woord belegger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "belegger" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be