bedelaar
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·de·laar
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van bédelen met het achtervoegsel -aar
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bedelaar | bedelaars |
verkleinwoord | bedelaartje | bedelaartjes |
Zelfstandig naamwoord
de bedelaar m
- een arm persoon die vraagt om geld zonder daar iets voor te doen
- De bedelaar stond in in de kou met zijn hand te vragen om geld.
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
- mannelijke vorm van bedelares, mannelijke vorm van bedelaarster
Uitdrukkingen en gezegden
- zo bang als een bedelaar van een kwartje
helemaal niet bang
Spreekwoorden
Vertalingen
1. een persoon die vraagt om geld zonder daar iets voor te doen
Gangbaarheid
- Het woord bedelaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bedelaar" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be