Oude bebouwing in Enkhuizen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·bou·wing
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van bebouwen met het achtervoegsel -ing.
enkelvoud meervoud
naamwoord bebouwing bebouwingen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de bebouwingv

  1. het construeren van een gebouw op een stuk land
    • Het land werd drooggelegd en geschikt gemaakt voor bebouwing. 
  2. de gebouwen op een stuk grond
    • Op rijksniveau wordt in de Nota Ruimte 2006 een paragraaf gewijd aan 'Optimale benutting van de bestaande bebouwing en ruimte voor nieuwbouw'. 
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be