astra o

  1. onsterfelijkheid
  2. nominatief meervoud van astrum
  3. accusatief meervoud van astrum
  4. vocatief meervoud van astrum
  • ad astra tollere
    • uitvoerig prijzen (lett. naar de sterren tillen)
  • sic itur ad astra
    • zo verkrijgt men onsterfelijkheid (lett. zo gaat men naar de sterren)



astra v

  1. (plantkunde) aster



  • as·t·ra

astra v

  1. (plantkunde) aster