Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·ster·fe·lijk·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord onsterfelijkheid -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de onsterfelijkheidv

  1. de eigenschap niet te zullen sterven
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid