artisinaal gedroogde hesp
  • ar·ti·sa·naal
  • uit het Frans [1] met het achtervoegsel -aal
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen artisanaal artisanaler artisanaalst
verbogen artisanale artisanalere artisanaalste
partitief artisanaals artisanalers -

artisanaal

  1. (economie) op de originele of traditionele manier gemaakt, het is een juridisch niet beschermde en daarom vaak misbruikte term
    • Als er al decoratie was, dan was die artisanaal, zoals bij de mooie patchwork kledingstukken van Dries Van Noten en de lieflijke, los gebreide truien van Ann Demeulemeester. [2] 
51 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[3]
  1. artisanaal op website: Etymologiebank.nl
  2. NRC Milou van Rossum 30 juni 2016
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be