• af·ge·beeld
vervoeging van: afbeelden…
verbogen vorm: afgebeelde

afgebeeld

  1. voltooid deelwoord van afbeelden
    • Op schermen en banners worden oude foto’s en artikelen uit de 100-jarige historie van Muziekvereniging Apollo afgebeeld. Na afloop van het nieuwjaarsconcert gaan de festiviteiten door met Paul Schabbink en Marcel Mengerink, die voor een spetterende afterparty zorgen. [1] 
stellend
onverbogen afgebeeld
verbogen afgebeelde
partitief afgebeelds

afgebeeld

  1. van iets dat het op een foto, tekening of schilderij te zien is
    • Op AD.nl illustreerden we dit artikel eerder met een foto van een willekeurige vakantiewoning. Er stond bij dat de woning niet aangeboden werd door VakantieGarant, maar door de link naar Huusken.nl in het bijschrift is mogelijk toch verwarring ontstaan. We betreuren dat. Er is geen enkele relatie tussen het afgebeelde vakantiehuis en VakantieGarant. Sterker nog: vakantiehuis Huusken.nl kreeg vorig jaar nog een onderscheiding voor het beste vakantiehuis van Nederland. [2] 
    • De Tarraco heeft verbonden achterlichten. Zo’n lichtbalk maakt de achterkanten van sommige Audi’s en Porsche’s extra ‘breed’, maar bij deze Seat is het effect niet zo krachtig. De afgebeelde 20-inch wielen staan hem wel goed. Niet eerder leverde Seat zulk groot lichtmetaal. [3]