• Schneid·bank
enkelvoud
(onbepaald)
enkelvoud
(bepaald)
meervoud
(onbepaald)
meervoud
(bepaald)
nominatief en Schneidbank die Schneidbank Schneidbenk die Schneidbenk
datief re Schneidbank der Schneidbank Schneidbenk de Schneidbenk
accusatief en Schneidbank die Schneidbenk Schneidbenk die Schneidbenk

Schneidbank, v

  1. snijbank, een combinatie van bankschroef en werkbank, gebruikt voor houtbewerking