Openbaar Ministerie

  • Open·baar Mi·nis·te·rie
enkelvoud bezitsvorm meervoud
naamwoord Openbaar Ministerie Openbaar Ministeries -
verkleinwoord - - -

het Openbaar Ministerieo

  1. (juridisch) naam van de overheidsdienst die voor de rechter straf eist tegen een wetsovertreder
    • De Roemeense Laura Codruta Kövesi heeft eindelijk groen licht gekregen om de eerste baas van het Europese Openbaar Ministerie (EOM) te worden. Het EOM moet eind 2020 in Luxemburg beginnen met het vervolgen van corruptie, grensoverschrijdende belastingfraude en gesjoemel met EU-fondsen in 22 lidstaten. [2]
    1. (België) onafhankelijke overheidsdienst die naast strafvervolging ook waakt over juiste wetstoepassing buiten het strafrecht
    2. (Nederland) onderdeel van het Ministerie van Justitie en Veiligheid belast met strafrechtelijke vervolging