ISO 639-3
ett
bestand
  • Etrus·kisch
enkelvoud bezitsvorm meervoud
naamwoord Etruskisch - -
verkleinwoord - - -

het Etruskischo

  1. geen meervoud (taal) uitgestorven taal die in de oudheid werd gesproken in Toscane, Corsica en de Povlakte door de Etrusken
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen Etruskisch Etruskischer
verbogen Etruskische Etruskischere
partitief Etruskisch Etruskischers -
  1. betrekking hebbend op Etrusken of de taal etruskisch