zotternij
- zot·ter·nij
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zotternij | zotternijen |
verkleinwoord | zotternijtje | zotternijtjes |
de zotternij v
- iets dwaas
- ▸ Protestanten kunnen zich er natuurlijk over verbazen en opwinden. Verbazen om de zotternij, opwinden om het on-Bijbelse bijgeloof.[3]
- ▸ De vorming van een Vlaamse regering hoeft niet te wachten op de federale regeringsvorming, ‘zolang daar geen zotternijen gebeuren’. Dat vindt Jan Jambon (N-VA). Een federale regering die geen meerderheid in Vlaanderen heeft, is zo’n zotternij.[4]
- Het woord zotternij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zotternij" herkend door:
68 % | van de Nederlanders; |
67 % | van de Vlamingen.[5] |
- ↑ zotternij op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron W. B. Kranendonk“Hemelvaart is oproep om te rekenen in eeuwigheidsperspectief” (06-06-2011), Reformatorisch Dagblad
- ↑ Weblink bron bbd“Jambon: Vlaamse regering hoeft niet te wachten op de federale” (28/05/2019), De Standaard
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be