Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zie·ken·ver·blijf
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ziekenverblijf ziekenverblijven
verkleinwoord ziekenverblijfje ziekenverblijfjes

Zelfstandig naamwoord

het ziekenverblijfo

  1. ruimte die geschikt (gemaakt) is voor patiënten
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid