zeehoofd
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zee·hoofd
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zee en hoofd
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zeehoofd | zeehoofden |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het zeehoofd o
Vertalingen
1. pier of dijk die in zee uitsteekt
Gangbaarheid
- Het woord zeehoofd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zeehoofd" herkend door:
69 % | van de Nederlanders; |
56 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be