• wel·vaarts·staat
enkelvoud meervoud
naamwoord welvaartsstaat welvaartsstaten
verkleinwoord

de welvaartsstaatm

  1. een staat die veiligheid, rust en het materieel- en geestelijk welbevinden van haar burgers als haar verantwoordelijkheid stelt
    • De grote golfbewegingen in maatschappij en economie vormen een altijd weer terugkerend patroon van actie en reactie. Iedere trend ontaardt uiteindelijk in excessen en roept tegenkrachten op. Dat gebeurde in de jaren zeventig, toen de welvaartsstaat ontspoorde en dat gebeurt nu weer, nu dertig jaar marktwerking heel veel achterblijvers blijkt te hebben opgeleverd. Die laten met steeds luider stem van zich horen. Zij bepalen de uitslagen van verkiezingen en referenda.[1] 
    • We vergeten nog wel eens dat onze welvaartsstaat en onze democratie in Europa voor een belangrijk deel wortels hebben in de oorlog.[2] 
  1. de Telegraaf 23 dec. 2016
  2. de Telegraaf 29 maart 2016