wederkeren
- Geluid: wederkeren (hulp, bestand)
- we·der·ke·ren
- samenstelling van weder en keren
wederkeren [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
wederkeren |
keerde weder |
wedergekeerd |
zwak -d | volledig |
- weer terugkomen na eerst weggegaan te zijn
- De rust zal hopelijk weer snel wederkeren in de stad nu het toeristen seizoen voorbij is.
- weer terugkomen na eerst te zijn overleden
- De gelovigen verwachten het wederkeren van Jezus op aarde.
- Het woord wederkeren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "wederkeren" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be