Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • war·rig
Woordherkomst en -opbouw
  • afleiding van war met het achtervoegsel -ig
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen warrig warriger warrigst
verbogen warrige warrigere warrigste
partitief warrigs warrigers -

Bijvoeglijk naamwoord

warrig

  1. dat iemand niet meer helder kan denken zodat alles door elkaar loopt in zijn gedachten
    • Hij vertelde me een warrig verhaal waar ik niets van kon begrijpen. 
Synoniemen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
95 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be