Nederlands

 
leden van het Nederlandse vorstenhuis
Uitspraak
Woordafbreking
  • vor·sten·huis
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vorstenhuis vorstenhuizen
verkleinwoord vorstenhuisje vorstenhuisjes

Zelfstandig naamwoord

het vorstenhuiso

  1. een familie waarbinnen het koningschap wordt overgeërfd
    • Het vorstenhuis belooft kandidaten een „buitengewone baan in een dynamisch team.” Het werk zal zich voornamelijk binnen de muren van Buckingham Palace afspelen, maar kandidaten dienen zich soms ook op andere plaatsen dienstbaar te maken. Ook dienen gegadigden aan te tonen dat ze over perfecte taalbeheersing in woord en geschrift beschikken.[2] 
    • Ook kunstenaar Jeroen Bosch was in de vijftiende en zestiende eeuw lid van het gezelschap. In de zestiende eeuw werd Willem van Oranje, de ‘vader des vaderlands, lid van het broederschap. Sindsdien zijn meerdere leden van het Koninklijk Huis lid geweest. In de vorige eeuw waren Koningin Wilhelmina en prins Bernhard lid. Nu staan als leden van het vorstenhuis koningin Beatrix en sinds 25 oktober 1995 prins Willem Alexander ingeschreven.[3] 
    • Hoewel ze tot de koninklijke familie behoren, voeren Andrea en Tatiana geen officiële functies uit voor het vorstenhuis van Monaco. Wel zijn ze altijd aanwezig bij de officiële feestelijkheden in het ministaatje.[4] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. de Telegraaf 22-jan.-2018
  3. de Telegraaf 11 jan. 2018
  4. de Telegraaf 04 dec. 2017
  5.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be