vooral
- voor·al
- samenstelling van voor en al [1]
vooral
- voornamelijk.
- Leren is goed, maar vooral het begrijpen is belangrijk.
- als het voornaamste of als zeer gewichtig
- Vooral die bladzijde moeten jullie goed leren!
- ▸ Het kwam er vooral op aan dat hij niet zou overlopen, anders zou mijn slaapzak nog natter worden.[2]
1. voornamelijk
2. als het voornaamste of als zeer gewichtig
- Het woord vooral staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vooral" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ vooral op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be