vochtig
- voch·tig
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | vochtig | vochtiger | vochtigst |
verbogen | vochtige | vochtigere | vochtigste |
partitief | vochtigs | vochtigers | - |
vochtig
- doordrenkt met een zekere hoeveelheid water of waterdamp
- ▸ Door een kier onder de deur kwamen er steeds sneeuwvlokken naar binnen gewaaid en ik voelde mijn slaapzak langzaam vochtig worden.[1]
1.
- Het woord vochtig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vochtig" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be