• ver·tin·nen
  • afgeleid van tin met het voorvoegsel ver- en met het achtervoegsel -en
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
vertinnen
vertinde
vertind
zwak -d volledig

vertinnen

  1. overgankelijk een voorwerp bedekken met een dun laagje tin
    • Het oppervlak dat vertind moet worden moet eerst goed schoongemaakt worden. 
75 % van de Nederlanders;
71 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be