verstoteling

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  verstoteling    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ver·sto·te·ling

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoord van handeling van verstoten met het achtervoegsel -eling

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	verstoteling	verstotelingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de verstoteling m

1. iemand die uit een groep of gemeenschap is verwijderd

   • Anderlecht tankte vertrouwen voor het CL-duel met Partizan Belgrado. Na sterke prestaties van Boussoufa en Suarez ging G. Beerschot met 4-0 onderuit. Verstoteling Jan Polak zette echter de kers op de taart met een kopbalgoal.  
   • Net als in de Disney-klassieker speelt Koemba zich af in het Afrikaanse dierenrijk, waar een nieuwsgierig jong wegloopt van zijn familie na een aangepraat schuldgevoel. Het gaat in dit geval om een zebraatje dat maar voor de helft gestreept is, een eigenschap die de andere zebra’s zien als de oorzaak van de aanhoudende droogte. Koemba besluit op zoek te gaan naar een waterput en wordt onderweg bijgestaan door twee andere verstotelingen. Intussen moeten ze op hun hoede zijn voor een boosaardige luipaard en een stel hyena’s.  
   • Het zijn de paria’s van januari. De eerste verstotelingen van het nieuwe jaar staan eenzaam op een straathoek en wachten... voor een kerstboom is het leven bikkelhard.  

Synoniemen

• banneling, paria, verschoppeling, verworpeling, uitgestotene

Vertalingen

    1.   

Engels: reprobate (en), pariah (en), outcast (en)

Gangbaarheid

• Het woord verstoteling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verstoteling" herkend door:

91 %	van de Nederlanders;
95 %	van de Vlamingen.