• ver·stel·baar
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen verstelbaar verstelbaarder verstelbaarst
verbogen verstelbare verstelbaardere verstelbaarste
partitief verstelbaars verstelbaarders -

verstelbaar [1]

  1. dat je iets in een andere, aangepaste stand vast kunt zetten
    • Natuurlijk is er ergens bezuinigd op deze Roemeense SUV, die onder de vleugels van moeder Renault is ontwikkeld. Maar Dacia loopt daar uiteraard niet mee te koop. De besparing wordt pijnlijk duidelijk als we de bankleuning omklappen. Dan worden ineens piepschuim, nietjes en een stuk goedkoop geperst plaatwerk van de laadvloer zichtbaar. De veiligheidsgordels zijn niet in hoogte verstelbaar.[2] 
    • Oudere werknemers of werknemers met een handicap die niet of niet lang kunnen staan worden ook benadeeld in deze vergaderingen. Vink pleit dan ook voor in hoogte verstelbare tafels. ,,En zorg voor ronde tafels, want je onthoudt dingen stukken beter als je de mimiek ziet van de spreker.”[3] 
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Tubantia Niek Schenk 06-JANUARI-2018
  3. Tubantia Alex van der Hulst 12-DECEMBER-2017