• ver·laat
  • ww vervoeging van verlaten: de stam zonder -t omdat de stam al op -t eindigt en zonder ge- vanwege voorvoegsel
  • bn van het voltooid deelwoord [3]
enkelvoud meervoud
naamwoord verlaat verlaten
verkleinwoord - -

het verlaato

  1. afvoerinrichting voor water
  2. kwijtschelding, uitstel
vervoeging van
verlaten

verlaat

  1. enkelvoud tegenwoordige tijd van verlaten
  2. gebiedende wijs van verlaten
vervoeging van: verlaten…
verbogen vorm: verlate

verlaat

  1. voltooid deelwoord van verlaten
  2. vormt de voltooide tijden
    • Ik heb me verlaat. 
  3. vormt de lijdende vorm
    • De release wordt verlaat tot volgend jaar. 
  4. attributief gebruikt:
stellend
onverbogen verlaat
verbogen verlate
partitief verlaats

verlaat

  1. later plaatsvindend dan oorspronkelijk bepaald
    • Is dit een verlate 1 aprilgrap? 
    • Excuses voor de verlate reactie. 
99 % van de Nederlanders;
94 % van de Vlamingen.[4]