• ver·hef·fend
vervoeging van: verheffen
verbogen vorm: verheffende

verheffend

  1. onvoltooid deelwoord van verheffen


stellend vergrotend overtreffend
onverbogen verheffend verheffender verheffendst
verbogen verheffende verheffendere verheffendste
partitief verheffends verheffenders -

verheffend

  1. waar je van kunt genieten; waar je vrolijk van wordt
    • De rechtsback van de Italiaanse club Atalanta Bergamo debuteerde verdienstelijk tegen de Engelsen. Maar hij was zo eerlijk om te erkennen dat het spel van het eerste Oranje van de nieuwe bondscoach Ronald Koeman allerminst verheffend was. ,,Ik denk dat de toeschouwers niet hebben genoten. We zijn natuurlijk niet meer zo goed als een paar jaar geleden", beseft Hateboer. [1] 
    • Gevaarlijke rivalen voor Waylon. Niet dat deze windkracht 8-ballade nou zo verheffend is, maar Roemenië overleefde alle halve finales waaraan het ooit deelnam. Tactisch verdeelde stemkracht waarschijnlijk, die zelfs een act vol gemaskerde etalagepoppen naar de eindstrijd helpt. [2] 
99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[3]