• uit·wijk·ma·neu·ver
enkelvoud meervoud
naamwoord uitwijkmaneuver uitwijkmaneuvers
verkleinwoord - -

uitwijkmaneuver v / m, o

  1. (verkeer) verandering van (rij)richting om een botsing te voorkomen
     Dit kan voorkomen wanneer u bijvoorbeeld met uw auto, bij een uitwijkmaneuver, door een diepe kuil in de straat rijdt waarbij uw auto schade oploopt aan de wielophanging.[1]
  2. (figuurlijk) handeling bedoeld om een conflict of probleem te omzeilen
     Men kan niet gaan vechten in Vietnam. En dus gaat men maar wat manifesteren. Kan men denken dat Nederland het centrum van de aarde is. Maar die manifestaties zijn vaak slechts uitwijkmaneuvers. Dezelfde mensen die demonstreren voor een vrij Spanje winden zich helemaal niet op over de schandalige toestanden waarin de Spanjaarden hier verplicht worden te wonen en te leven.[2]
   1. zie: uitwijkmanoeuvre   
  1.   Weblink bron
    Gemeente Vlissingen
    Schade en vergoeding door de gemeente in: de Vlissinger, jrg. 25 nr. 9 (1 maart 1995), p. 5 kol. 1
  2. Jef Last geciteerd door Fernand Auwera
    “Schrijven of schieten. Interviews.” (1969), Standaard Uitgeverij, Antwerpen / Utrecht, p. 104/105