Nederlands

 
Logo van tv-zender Nederland 3
Uitspraak
Woordafbreking
  • tv-zen·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord tv-zender tv-zenders
verkleinwoord tv-zendertje tv-zendertjes

Zelfstandig naamwoord

de tv-zenderm

  1. (techniek) een zender die televisiesignale uitzendt via een antenne
  2. een televisiekanaal met diverse programma's
    • De VRM controleerde de uitzendingen van diverse tv-zenders op 4 september, waaronder Kanaal Z. Tijdens de onderzochte periode werd twee keer dezelfde aflevering van het programma BOUW.TV uitgezonden. ‘In het desbetreffende programma is productplaatsing aanwezig’, concludeert de toezichthouder.[1] 
    • Manigault Newman, de Directeur Communicatie in het Bureau voor Externe Relaties van president Trump, zei donderdag tegen tv-zender ABC dat ze zich érg eenzaam'voelde in het Witte Huis. 'Het was zeer, zeer uitdagend om de enige Afrikaans-Amerikaanse vrouw in de staf te zijn', zei ze. 'Ze hebben nooit met minderheden gewerkt, wisten niet hoe ze met hen om moesten gaan.'[2] 
    • Tijdschrift Libelle heeft maandag een online tv-zender gelanceerd naar aanleiding van de start van Libelle Zomerweek.[3] 
Synoniemen
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. de Standaard 19-december-2017 door Wle
  2. Volkskrant Michael Persson 15 december 2017
  3. NRC 24 mei 2016