trapsgewijs
- Geluid: trapsgewijs (hulp, bestand)
- IPA: / ˈtrɑpsxəˌwɛis / (3 lettergrepen)
- traps·ge·wijs
stellend | |
---|---|
onverbogen | trapsgewijs |
verbogen | trapsgewijze |
partitief | trapsgewijs |
trapsgewijs
- op de wijze van een trap
- Het publiek zit in een driekwart-cirkel trapsgewijs om de circuspiste.
- in trappen, stap voor stap
- De trapsgewijze invoering van de kilometerheffing.
- [2] gradueel, stapsgewijs
1. op de wijze van een trap
2. in trappen, stap voor stap
- Het woord trapsgewijs staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "trapsgewijs" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be