[1] DAF 66 met een topsnelheid van 135 km/u
 
[2] speedboot op topsnelheid
  • top·snel·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord topsnelheid topsnelheden
verkleinwoord

de topsnelheidv

  1. de hoogst haalbare of toegestane snelheid
    • Voor het eerst in 25 jaar heeft de Italiaanse sportwagenbouwer Lamborghini weer een SUV gelanceerd. En wat voor een. De topsnelheid van de Urus bedraagt maar liefst 305 kilometer per uur dankzij een verbrandingsmotor met twee turbo's.[2] 
  2. een hoge snelheid in het algemeen
    • Binnen 10 seconden is je geld overgemaakt: ABN Amro eerste bank met Europese flitsbetaling: De nieuwe topsnelheid geldt voorlopig alleen voor betalingen tussen rekeninghouders bij deelnemende instellingen, met een maximum van 15 duizend euro per overboeking.[3] 
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Tubantia Caspar Naber 04-DECEMBER-2017
  3. Volkskrant Koen Haegens 18 oktober 2017