tepelplakker

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  tepelplakker    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈtepəlˌplɑkər / (4 lettergrepen)

Woordafbreking

• te·pel·plak·ker

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  tepel zn  en  plakker zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	tepelplakker	tepelplakkers
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de tepelplakker m

1. huidkleurige sticker die men over de tepels kan plakken om te voorkomen dat ze zichtbaar worden bij het dragen van doorschijnende lingerie

   ▸ Reinig de huid rondom de tepel en zorg ervoor dat de huid droog is voordat je de tepelplakker aanbrengt. Verwijder de beschermfolie van de plakker en plaats deze over de tepel.

Synoniemen

• tepelklever, tepelsticker

Verwante begrippen

• tepellapje

Gangbaarheid

• Het woord 'tepelplakker' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.