• sym·fo·nisch
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen symfonisch symfonischer -
verbogen symfonische symfonischere -
partitief symfonisch symfonischers -

symfonisch

  1. (muziek) als bij of voor een symfonie, een meerstemmig muziekstuk voor een orkest
    • Groot symfonisch repertoire ligt buiten bereik van het sterk afgeslankte Residentie Orkest. [4]
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[5]