Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • storm·pas
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord stormpas stormpassen
verkleinwoord stormpasje stormpasjes

Zelfstandig naamwoord

de stormpasm

  1. (specifiek) heftige, snelle aanval door ruiterij
  2. (algemeen) heftige, snelle aanval
  3. (algemeen) snelle pas
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid