stevel
- ste·vel
- via Middelnederlands stevel van Oudfrans estival dat is afgeleid van estive "been" dat teruggaat op Latijn stipes "paal)"; cognaat met Gronings stevel, Stiefel en Zweeds stövel [1][2][3]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stevel | stevels |
verkleinwoord | - | - |
de stevel m
- (schoeisel) (verouderd) schoen met een hoge schacht die een deel van het been bedekt
- Naauwelijks had hij die woorden gesproken of een vijandelijke kogel schrampt hem de schacht van zijn linker stevel en verpletterd het dijbeen van een guide, die in onze nabijheid had post gevat. [4]
- (muziek) (figuurlijk) onderste deel van een orgelpijp
- De tongpijp of linguaalpijp verschilt in bouw en klankvoortbrenging geheel van de labiaalpijp. Het belangrijkste "orgaan" van een tongpijp is vanzelfsprekend de tong (…) een dunne strip van veerkrachtig messing. Ook bij deze pijpvorm komt de wind aan de onderkant bij de voetopening (…) de pijp in. Deze pijpvoet wordt stevel (…) genoemd. [5]
-
1. Een paar stevels uit de Eerste Wereldoorlog.
-
Een stevel voor een ruiter.
-
2. Enkele stevels van een kerkorgel.
-
2. Doorsnede van een stevel.
- [1] dat is een vijand, die meer stevels dan schoenen versleten heeft
- [1] toen hij ruiter wilde worden, had hij geen paard - toen hij een paard vond, ontbraken hem stevels en sporen - en toen hij alles had, was er geen courage: 't gaat hem als Matthijs van Dresden
- Het woord stevel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "stevel" herkend door:
31 % | van de Nederlanders; |
22 % | van de Vlamingen.[6] |
- ↑ Vaan, M. deAddenda EWN: stevel en stiefelen (12februari 2015) op website: neerlandistiek.nl; geraadpleegd 2019-03-03
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ stevel op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Schimmel, H.J."Bonaparte en zijn tijd" (1852) in: Romantische werken. Deel 1: Bonaparte en zijn tijd, De eerste dag eens nieuwen levens, Sproken en vertellingen, Een Haagsche joffer. (ca. 1870) E. en M. Cohen, Arnhem / Nijmegen; p. 77; geraadpleegd 2019-03-03
- ↑ Het klassieke pijporgel op website: GroningenOrgelland.nl; geraadpleegd 2019-03-03
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- ste·vel
- verwant met het Nederlands stevel en Duits Stiefel
stevel