• spel·den
vervoeging van
spellen

spelden

  1. meervoud verleden tijd van spellen
    • Wij spelden. 
    • Jullie spelden. 
    • Zij spelden. 

despeldenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord speld
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]