seismometer
- Geluid: seismometer (hulp, bestand)
- IPA: / ˈsɛismoˌmetər / (4 lettergrepen)
- seis·mo·me·ter
- van seismometer, gevormd uit Oudgrieks σεισμός (seismós) "schok, aardbeving" en μέτρον "maat" in 1841 voor het eerst gebruikt door de Schotse geoloog D. Milne [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | seismometer | seismometers |
verkleinwoord | - | - |
de seismometer m
- (geologie) toestel dat trillingen in de bodem meet
Kan worden gebruikt om aardbevingen en nucleaire explosies te registreren.- ▸ Een grote afname van de seismische ruis is wel vaker te zien in vakanties of de weekenden. De seismometer in De Bilt slaat dan tot wel tweederde lager uit dan doordeweeks.[2]
- ▸ Weliswaar waren ook de beide Vikinglanders die in 1976 op Mars zijn geland voorzien van seismometers, maar die leverden geen bruikbare gegevens op.[3]
1. een toestel dat beweging en of trillingen van de aardkorst waarneemt en registreert
- Het woord seismometer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Cosette Molijn“De aarde ruist nu minder, ziet het KNMI” (10 april 2020) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron Eddy Echternach“De Marsbodem beeft” (24 februari 2020) op nrc.nl
enkelvoud | meervoud |
---|---|
seismometer | seismometers |
seismometer