• schrap·ping
enkelvoud meervoud
naamwoord schrapping schrappingen
verkleinwoord schrappinkje schrappinkjes

de schrappingv

  1. de naam van iemand van een lijst verwijderen
     De schrapping was aangezwengeld door zijn eigen broer, dus in feite door de familiemaatschap Quispel, Quispel & Quispel.[2]
     Reinaerts is het niet eens met zijn schrapping van het advocatentableau. Zijn verweer is grotendeels gebaseerd op medische gronden. Hij stapt naar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens om de straf aan te vechten.[3]


  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Advocaat van de Hanen” (1990), De Bezige Bij  , ISBN 9789023479925
  3.   Weblink bron “Advocaat uit ambt gezet wegens oplichting” (15-11-2016), NOS