schijnboktorren
- (IPA in voorbereiding)
- schijn·bok·tor·ren
- samenstelling van schijn zn en boktorren zn
- schijnboktor zn met de uitgang -en
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schijnboktorren | |
verkleinwoord |
de schijnboktorren mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord schijnboktor
- meervoudsvorm als officiële benaming (kevers) Oedemeridae een relatief kleine familie van kevers met een kosmopolitische verspreiding. Er zijn zo'n 1500 bekende soorten schijnboktorren, verdeeld in ongeveer 100 geslachten. De Nederlandse naam danken de kevers aan de overeenkomsten van veel vertegenwoordigers van de boktorrenfamilie, zowel qua uiterlijk als levenswijze. Verder kenmerken schijnboktorren zich door het gebruik van een giftige afweerstof ter verdediging
- [2] kevers, insecten, zespotigen, geleedpotigen, dieren
- Het woord 'schijnboktorren' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.