1. De revolte in Gent, november 1789  .
  • re·vol·te
enkelvoud meervoud
naamwoord revolte revolten
revoltes
verkleinwoord - -

de revoltev

  1. openlijk verzet tegen mensen die de baas zijn
    • De grote Curaçaose revolte op 30 mei 1969 trok niet alleen diepe sporen in de Curaçaose maatschappij, maar had ook directe gevolgen voor Aruba. [1]
74 % van de Nederlanders;
89 % van de Vlamingen.[2]


revolte

  1. verouderde spelling of vorm van revolt tot 2005
(verouderd) onbepaalde vorm nominatief enkelvoud, mannelijk


revolte

  1. verouderde spelling of vorm van revolt tot 2005
(verouderd) onbepaalde vorm nominatief enkelvoud, mannelijk