IJslands

Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudnoordse zelfstandige naamwoord réttr, dat van het Protogermaanse woord *rehtaz komt
Klasse m2
sterk
enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   réttur     rétturinn     réttir     réttirnir  
genitief   réttar     réttarins     rétta     réttanna  
datief   rétti     réttinum     réttum     réttunum  
accusatief   rétt     réttinn     rétti     réttina  

Zelfstandig naamwoord

réttur, m

  1. (juridisch) gerecht, gerechtshof, rechtbank
  2. (juridisch) bevoegdheid, recht
  3. (voeding) eten, gerecht
  4. (voeding) gang
Synoniemen
Uitdrukkingen en gezegden
  • [3]: à la carte réttum (in de datief)
à-la-cartegerechten