Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • pronk·palp·mot
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord pronkpalpmot pronkpalpmotten
verkleinwoord pronkpalpmotje pronkpalpmotjes

Zelfstandig naamwoord

de pronkpalpmotv / m

  1. (vlinders) Pseudotelphusa scalella   een vlinder uit de familie van de tastermotten, de Gelechiidae. De spanwijdte van de vlinder bedraagt tussen de 11 en 15 millimeter. De soort komt verspreid over Europa voor. De rups overwintert. De pronkpalpmot heeft mossen, korstmossen en zomereik als waardplant
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie