1. stevig stuk rechthoekig papier dat kan worden beschreven en ook zonder envelop met de post kan worden verzonden
2. blad met een schematisch beeld van een bepaald gebied

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • post·kaart
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord postkaart postkaarten
verkleinwoord postkaartje postkaartjes

Zelfstandig naamwoord

de postkaartv / m

  1. stevig stuk rechthoekig papier dat kan worden beschreven en ook zonder envelop met de post kan worden verzonden, vaak met een afbeelding aan een kant
    • Aleida wil dat iedereen een mailtje stuurt. Of een postkaart als mensen geen computer hebben. [2]
    • Op 30 Sept. is in Groot Brittannië een nieuwe postwet in werking getreden, bepalende dat binnen het koninkrijk voor een halven stuiver zullen verzonden worden: 1°. een postkaart; 2°. een pakket boeken of stalen, wegende 2 onsen, met verhooging van een halven stuiver voor elken 2 onsen meer; 3°. een nieuwsblad, met of zonder bijvoegsel. [3]
  2. blad met een schematisch beeld van een bepaald gebied en andere informatie die van belang is voor de verwerking van de post
    • Eén van de belangrijkste verbeteringen van de postwet van 1850 is toch wel geweest de grote uitbreiding die aan de postverbindingen werd gegeven. Een goed beeld daarvan is het op Friesland betrekking hebbende gedeelte van een postkaart, zoals die werd bijgevoegd bij het Nederlandsche Jaarboekje der Posterijen 1852. Niet alleen het aantal postritten en bodelopen werden sterk uitgebreid maar er hadden ook meerdere vervoersmogelijkheden per dag plaats. Hoe nauwkeurig deze bodelopen en vervoersmiddelen zijn ingetekend, blijkt bijvoorbeeld uit de verbinding tussen Leeuwarden en Sneek, waarbij de viermaal daagse trekschuitverbindingen en voetbodeloop bij gesloten water netjes met vijf stippellijntjes zijn aangegeven. [4]
    • Nog word by dezelve uytgegeeven in groot Formaat, een nieuwe en naauwkeurige postkaart door 't geheele keizerryk in de voornaamste Staaten van Europa, zeer nut en dienstig voor alle Kooplieden en Reizigers: de Prys is 20 Stuyv. [5]
  3. (geschiedenis) overzicht van de brieven die via een posthuis zijn verstuurd of ontvangen
    • Door den heiligen doop werd hij op de postkaart naêr het 'Hemelsch Kanaän' aangeteekend. [6]
    • Tegen den avond kwam de Prediker toevallig in de buurt van het Post Comptoir, en leest op de Postkaart, die even te voren was opgehangen, dat 'er voor den overledenen 30 Ryksdalers met de post aangekomen waren; (…) [7]
Hyperoniemen
Hyponiemen

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[8]

Meer informatie

Verwijzingen