kerstkaart

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  kerstkaart    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈkɛrs(t)kart / (2 lettergrepen)
  • (Noord-Nederland): /ˈkɛrst.kart/
  • (Vlaanderen, Brabant): /ˈkɛrst.kart/
  • (Limburg): /ˈkɛrs.kart/

Woordafbreking

• kerst·kaart

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  kerst  en  kaart 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	kerstkaart	kerstkaarten
verkleinwoord	kerstkaartje	kerstkaartjes

Zelfstandig naamwoord

de kerstkaart v / m

1. (kerst) (post) een wenskaart die wordt gekenmerkt door een kerstgroet en wensen voor het komende nieuwe jaar

   • Voor kerst is het gebruikelijk kerstkaarten te sturen. 

Hyperoniemen

• kerstpost

Afgeleide begrippen

• kerstkaartengolf

Vertalingen

    1. een wenskaart die wordt gekenmerkt door een kerstgroet en wensen voor het komende nieuwe jaar   

Deens: julekort (da) o Duits: Weihnachtskarte (de) Engels: Christmas card (en) Fins: joulukortti (fi) Galicisch: tarxeta de nadal (gl) v Hongaars: karácsonyi képeslap (hu), karácsonyi lap (hu) IJslands: jólakort (is) Indonesisch: kartu Natal (id)

Japans: クリスマス・カード (ja) Koreaans: 크리스마스 카드 (ko) Maltees: kartolina tal-Milied (mt) Noors: julekort (no) Pools: kartka (pl) v świąteczna Spaans: tarjeta navideña (es) v Tagalog: kartang pamasko (tl) Zweeds: julkort (sv) o

Gangbaarheid

• Het woord kerstkaart staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kerstkaart" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
99 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.