• plat·te·lands
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen plattelands plattelandser plattelandst
verbogen plattelandse plattelandsere plattelandste
partitief plattelandss plattelandsers -

plattelands [1]

  1. betrekking hebbend op het deel van een land dat buiten de grote steden ligt en vaak een agrarische bestemming heeft
     Koningin Beatrix heeft in Toldijk de fototentoonstelling '100 jaar vrijwilligerswerk door jongeren op het Gelderse platteland' geopend. De tentoonstelling is ter gelegenheid van het eeuwfeest van de vereniging Plattelands Jongeren Gelderland.[2]


  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Beatrix bezoekt Gelderse jongeren” (Vrijdag 1 maart 2013, 18:50), NOS