pikdonker
- pik·don·ker
- In de betekenis van ‘zeer donker’ voor het eerst aangetroffen in 1560 [1]
- intensief, samenstelling van pik en donker
stellend | |
---|---|
onverbogen | pikdonker |
verbogen | pikdonkere |
partitief | pikdonkers |
pikdonker
- zeer donker
- Met de stroomuitval hadden we een pikdonkere nacht.
1. zeer donker
- Het woord pikdonker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "pikdonker" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ "pikdonker" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be