openingszin
- Geluid: openingszin (hulp, bestand)
- IPA: / ˈopənɪŋˌsɪn / (4 lettergrepen)
- ope·nings·zin
- samenstelling van opening zn en zin zn met het invoegsel -s- , met 'opening' afgeleid als naamwoord van handeling van openen (werkwoord)
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | openingszin | openingszinnen |
verkleinwoord | openingszinnetje | openingszinnetjes |
de openingszin m
- eerste zin van een toespraak of van een schriftelijk werk
- 'Ik ben makelaar in koffie, en woon op de Lauriergracht No. 37.' is de openingszin van Max Havelaar geschreven door Multatuli
- 'In het zwartst van de tijd, omtrent Kerstmis, werd op de Rotterdamse kraamzaal het kind Jacob Willem Katadreuffe met de sectio caesarea ter wereld geholpen.' is de openingszin van F. Bordewijk: Karakter.
- de eerste zin die je zegt als je iemand aanspreekt
- Vaak worden openingszinnen gebruikt als mensen (vaak man) in contact willen komen met een interessant persoon (vaak vrouw).
- Het woord openingszin staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "openingszin" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be