• ont·la·den
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
ontladen
ontlaadde
ontladen
zwak -d

gemengd

volledig

ontladen

  1. overgankelijk iets (bijv. een dier, voertuig enz.) van zijn last ontdoen
    • Het ontladen van het voertuig. 
  2. overgankelijk (natuurkunde) iets van zijn elektrische lading ontdoen
    • Het laden en ontladen van een condensator. 
vervoeging van: ontladen…
geen verbogen vorm

ontladen

  1. voltooid deelwoord van ontladen
99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be