ongenegen
- on·ge·ne·gen
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | ongenegen | ongenegener | ongenegenst |
verbogen | ongenegenste | ||
partitief | ongenegens | ongenegeners | - |
ongenegen [1]
- zonder goede wil
- Gerard Ankersmid, voorzitter van 'Ambt Delden', wil dat gesprek wel aangaan zo zei hij. "Wij zijn niet ongenegen om te praten. Maar het besef moet er wel zijn dat het vijf voor twaalf is. Wij laten de plannen voor het schapenweitje niet zomaar los." [2]
- Het contract van Clasie bij Feyenoord loopt tot de zomer van 2015. De Rotterdammers zijn niet ongenegen om na dit seizoen één of twee spelers van het succeselftal voor een goede prijs te verkopen, omdat er nog altijd schulden zijn, die moeten worden weggewerkt. [3]
- Het woord ongenegen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ongenegen" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia 03-10-08 Raad vraagt om 'bedenktijd' voor bebouwing van 'schapenweitje'
- ↑ Tubantia 21-03-13 'Feyenoord gaat met Clasie praten over bod Fiorentina'
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be