noordelijke koningsalbatros

Nederlands

 
1. Deze noordelijke koningsalbatros (Diomedea sanfordi) vliegt in de buurt van Tasmanië
Uitspraak
Woordafbreking
  • noor·de·lij·ke ko·nings·al·ba·tros
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord noordelijke koningsalbatros noordelijke koningsalbatrossen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de noordelijke koningsalbatrosm

  1. (buissnaveligen) soort grote zeevogel Diomedea sanfordi  , die broedt op de Chathameilanden, 800 km oostelijk van Nieuw-Zeeland
     Toen zeevogelkenners Mardik Leopold en Edward Soldaat de 16 centimeter lange bovensnavel onder ogen kregen, was meteen duidelijk dat het om een albatros ging – vermoedelijk de noordelijke koningsalbatros (Diomedea sanfordi).[1]
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Kees Moeliker
    “De eerste Amsterdamse albatros” (18 april 2009) op nrc.nl